Macugnaga

Het was al vroeg klaar in onze kamer.  Dat er luiken waren, ontdekten we pas vanmorgen toen we de was ophingen...


Er hadden gisteren onze zinnen al gezet op die besneeuwde berg in de verte: de Monte Rosa in Macugnaga.  We hadden daar nog nooit van gehoord, maar blijkbaar is het een paradijs voor de trail runner.  Dit weekend ging er zelfs een wedstrijd door.  Dat zou nog iets voor ons (kunnen) zijn, de "korte" afstanden tenminste.  Weer iets voor op het (oneindig lange) verlanglijstje.


Dat het weekend is, was duidelijk te merken aan de drukte, in het dorp, op de parking, op de wandelpaden,..  In ons beste Italiaans kochten we tickets voor de twee secties stoeltjeslift tot boven aan Belvedere.  De eerste sectie bestond uit oncomfortabele, blauwe stoeltjes die ons over een breed, licht stijgend pad brachten.  Het was haast te belachelijk om niet te voet te gaan...


Boven aangekomen, namen we het pad naar links, naar Rifugio Zamboni-Zappa.  Het smalle pad leidde ons o.a. door een gletsjervallei, maar sneeuw kregen we daarbij niet onder onze voeten: de gletsjer had zich teruggetrokken en we moesten de "grote oranje stiften" volgen, die ons de weg toonden door de stenige vallei.


We hadden wel de hele tijd zicht op de massieve hoop sneeuw op de bergen!  Bij de rifugio was het wel erg druk.  Er kabbelde een leuk (maar ijskoud) beekje en iedereen vond het tijd om te eten.  Wij spreidden ons dekentje vlak bij het water uit, zodat we konden eten met onze voeten in het water.  Lotte speelde na het eten nog een tijdje in het beekje.  De kou leek haar niet te deren.


We wandelden nog een klein beetje verder, voor het ultieme uitzicht op de sneeuwmuur en een korte klim naar een lokaal maximum met een kruisbeeld.  Daarna keerden we - soms in processie - op onze stappen terug.


Vanaf Belvedere kozen we de sentiero naturalistico.  Die begon met een steile afdaling over losse grond.  Enkel aangeraden voor ervaren wandelaars met goede uitrusting, stond er dan ook als waarschuwing.  Het "pad"  ging verder over stenig terrein.  De "oranje stiften" wezen wel de weg maar waren moeilijk te zien op sommige momenten.  Langs een kabel hesen we onszelf omhoog en daarna ging het even gemakkelijk, door elzenbosjes, varens een zeepkruid.


Het rotsterrein (mét kleine homp sneeuw met steengruis) kwam wel weer terug.  Eén keer moesten we de snelstromende rivier, die van onder de gletsjer uitkwam, over zonder dat er een brug was (voor alle andere oversteken was er wel een brug).  Dat leverde zes natte voeten en een hoop gemor op...  De rest van de toch werd dus zwijgzaam en glibberend in onze schoenen afgewerkt.


Het laatste deel van de tocht liep over het gemakkelijke pad onder de stoeltjeslift.  Alweer 10km in de benen!


In het huisje werkten we een gigantisch stuk (welverdiende) watermeloen naar binnen, gevolgd door aperitiefhapjes en ravioli.  Lotte had ondertussen al een douche genomen en liet duidelijk verstaan dat die deugd deed.  Wij zouden nog wachten tot ze in bed lag.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Het einde van de wereld

Regendag