Sentier Martel

Vandaag stond de Sentier Martel op het programma: de klassieker onder de wandelwegen in de Verdon.  We stonden om 8u op en namen rustig de tijd voor het ontbijt.  Aangezien het beginpunt (La Maline in La Palud-sur-Verdon) en het eindpunt (Point Sublime) van de wandeling verschillen, reden we met twee auto's tot Point Sublime, waar het al erg moeilijk was om parkeerplaats te vinden (het was ook al tamelijk laat).  Onderweg was er al een auto tegen onze zijspiegel gereden, maar gelukkig klapt die eerder in dan dat hij eraf valt.  Maar er rijden er hier toch veel rond op die smalle, bochtige wegen die niet aan de kant durven rijden...

Het begin van de Sentier Martel.

Daarna reden we verder tot aan La Maline, waar we eerder deze week al iets gingen drinken.  Nadat we de auto hadden geparkeerd, konden we aan de tocht beginnen, gewapend met 6l water (toch een beetje nipt voor vier personen met zo'n hitte), saucisse en brood (waarover later meer).

Mooie uitzichten op de Sentier Martel.

Het eerste stuk was tamelijk makkelijk, ook al ging het toch fel naar beneden, op een passage over rotsen na, waar ik even het echte pad had gemist en direct werd gevolgd door een horde andere wandelaars.  Gelukkig konden ze er nog mee lachen.

Na een paar km kwamen we aan een informatiepaneel dat ervoor waarschuwde dat er 10km aan kwam enkel voor geoefende wandelaars met de juiste uitrusting (geen "tiejensletsen" dus), maar daarvan waren we al op de hoogte, dus we hadden onze stevige wandelschoenen aan.  Verzengende hitte (dorst!) en schaduwrijke passages wisselden we elkaar af en we werden getrakteerd op de prachtigste uitzichten.  Af en toe zat er een pittig klauterpartijtje bij (soms op handen en voeten), maar daar houden we van.  Lotte zat intussen te genieten bij mij op de rug.  Haar zo in de rugzak dragen maakt het er niet makkelijker op, maar als je ziet hoe ze ervan geniet en hoe ze straalt en hoort ze brabbelt en lacht onderweg, waan je je echt superman!

De Sentier Martel.

Op een bepaald moment hoorden we mensen naar de rest van hun groep schreeuwen dat daar een vos zat.  Wij waren al lastig, omdat ze het dier zo zouden wegjagen, maar het beestje bleef rustig zitten en we konden 'em nog zien.  Hij zag er heel mager en misschien wel ziek uit.

De beruchte vos.

Een hele tijd later vonden we een plekje in de schaduw om te picknicken.  Omi en opi begonnen al te eten (wij waren nog met Lotte bezig) en gelukkig waren er nog twee sneetjes brood afgesneden, want ineens dook de (beruchte) vos op.  "Maître Renard, par l'odeur alléché..."  Omi kon nog net de zak saucisse redden, maar de vos ging er met ons brood vandoor.  Een pover middagmaal dus, maar er bestaan ergere dingen.  We hadden maar beter moeten opletten.  Zoiets overkomt je één maar geen twee keer.

Tamelijk ver op het einde kwamen er nog twee pikdonkere tunnels: eentje van 100m en eentje van 700m.  Een zaklamp was echt wel nodig.  Aangezien er ook veel gigantische plassen stonden in de tunnels waren we blij met onze stevige (en ook wel warme) schoenen en moesten we stiekem ook wel lachen met de mensen die een minder gelukkige keuze hadden gemaakt.  Lotte vond die tunnels niet echt leuk (te donker, te veel lawaai) en huilde bijna de hele tijd.  Gelukkig was ze snel terug op haar gemak na een dikke knuffel.

Bijna aan het eindpunt van de Sentier Martel.

Na een klimmetje kwamen we uit op een parking, die jammergenoeg niet het eindpunt bleek te zijn.  We moesten nóg hoger!  We waren blij toen we ons op een terrasje konden neerploffen en een cola en een pastis konden drinken.

Nadat de auto's waren gehaald, reden we moe maar voldaan naar ons huisje.  Daar bleken intussen vijf Duitse motards te zijn aangekomen...

We hadden nog drie kwartier tijd vóór de aperitief: genoeg voor een frisse en welverdiende duik in het zwembad.  Het avondeten deed ons deugd en we kwamen terug op krachten.  We hadden de telescoop al opgesteld, dus gingen we na het eten met alle anderen naar buiten om van de sterrenhemel te genieten.  Wim gaf nog wat uitleg aan het Belgische gezin en liet hen door de telescoop kijken.  Ik toonde wat sterrenbeelden aan de Duitse motards.  Die bleken heel goed mee te vallen en stonden vol bewondering voor de sterren.

We zagen ook nog een paar vallende sterren met nalichtend spoor en eentje ontplofte zelfs.  Rond half één kropen we in bed.  Morgen wordt een rustige dag.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Museo de Antropologia

Atlantische oceaan - Roosbeek

Teotihuacán