Fuente Dé - Vega de Liordes - Collado de Remoña, 2035m

Rond 9u kropen we uit bed.  Lotte was dan al gewassen en aangekleed.  Dat ze ons een nachtelijk bezoek had gebracht (inclusief groot licht) om ons wc te gebruiken i.p.v. het hare, daar leek ze zich nauwelijks van bewust.


Het was onze bedoeling om naar Fuente Dé te rijden, de gondel naar boven te nemen en daar dan te wandelen, maar er stond een lange wachtrij.  Dus i.p.v. lang aan te schuiven en dan opeengepropt als sardientjes in die cabine naar boven te gaan, gooiden we onze plannen om en begonnen we aan een andere wandeling uit ons Rother-gidsje.


Aanvankelijk ging het nog zachtjes naar boven in de schaduw, maar daarna volgde de onverbiddelijk brandende zon, gecombineerd met een steil pad met veel stenen.  Dat Lotte ook een drinkrugzak mee had, bleek geen overbodige luxe!  De gieren cirkelden hoog in de lucht, de hagedissen maakten zich snel uit de voeten.


Na 5km klimmen kwamen we in een groen keteldal dat voor menig wandelaar (ook voor ons) het natuurlijke punt leek te zijn om wat brood naar binnen te steken (sommigen hadden zelfs een biertje mee).


Toen we onze tocht om de grazige vlakte verder zetten, waren we blij om een (eenhoornige) gems te zien liggen op een steen niet al te ver weg.  Even verder springen er nog drie dartele exemplaren over de bergflanken.  Ons geluk kon helemaal niet op toen we aan de andere kant van het dal een groep van wel 40(!) gemzen zagen.  We beloerden elkaar en slechts enkele dieren kozen ervoor om met hun kleintjes wat hogerop veiligheid op te zoeken.


Wij moesten ook nog wat klimmen, maar bijlange niet meer zo erg als vanmorgen.  De hagedissen, die we toen zo talrijk hadden gezien, waren hier nergens te bespeuren.  Gemzen wel nog!

De afdaling die volgde, was erg steil en er lag veel puin, dus vorderden de kilometers maar traag.  We moesten wel nog even klimmen naar het uitkijkpunt Callado de Remoña.  Daarna was het zoeken naar het pad, dat duidelijk niet zo vaak wordt gebruikt: het was helemaal overwoekerd door manshoge brem.  Tegen dat we ons er een weg door gebaand hadden, jeukte alles bij ons alledrie en verschenen er rode, jeukende bobbels op mijn onbedekte huid.  Het pad was daarna wel breder en makkelijker, zodat we goed vooruit gingen.  Af en toe konden we wat afkoelen bij een bronnetje met kikkervisjes.


Na 16km hadden we wel een ijsje verdiend, vonden we!  Na de schoenenwissel reden we nog naar Potes om boodschappen te doen.  De winkels zijn hier gelukkig lang open!  Hier liggen de Pimientos de Padrón gewoon in de winkel (en dus ook in ons karretje) en kan je zelf appelsienen persen.  Voor dat laatste gingen mijn twee schatjes zelfs een tweede keer naar binnen.

Op weg naar het huisje kreeg ik een allergische aanval, met loopneus, tranende ogen en een heuse sjakosj onder mijn rechteroog, waar ik zelf van verschoot toen ik langs een spiegel liep.

Hoewel het al erg laat was, namen we toch eerst een douche en namen we uitgebreid tijd om te aperitieven.  Lotte viel net niet in slaap in haar bord, dus staken we haar maar snel in bed na de spaghetti.  Wij zouden niet lang achterblijven.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Het einde van de wereld

Regendag