Pallas-Yllästunturi

Om 8u (Finse tijd) kwam Lotte onze kamer binnengestommeld.  Ze vleide zich tegen ons aan en zo konden we nog een uurtje soezelen.  Na het ontbijt maakte ik de rugzak klaar voor de dag en reden we met de auto naar het Kellokas-bezoekerscentrum.  Onze kaart en de wegwijzers waren niet echt behulpzaam in het uitstippelen van een wandeling, maar gelukkig was er OpenStreetMap...  We kozen zomaar een richting en keken dan onderweg wel hoe we zouden stappen.

Aanvankelijk was het pad breed genoeg om hand in hand naast elkaar te wandelen en een tijdje was het zelfs breed genoeg voor een auto (of twee).  Lotte had voorlopig nog geen zin om zelf te wandelen.

Na een 3-tal km moesten we kiezen: afslaan en na een kilometertje alweer bij de auto staan of nog even volgen en een langere ronde wandelen.  We kozen (natuurlijk) het laatste en even later kwamen we terecht op een paadje zoals we ze graag hebben: een smal paadje (we moesten dus achter elkaar lopen) leidde ons door het naaldbos.  Een dicht bos met ranke, slanke sparren (heel anders dan de breed uitwaaierende kerstbomen bij ons) wisselde af met meer open vlaktes met verweerde bomen (die duidelijk de elementen hadden moeten trotseren).


We kwamen dicht bij een moerassig gebied en met de zompige paadjes kwamen ook de (irritante) insecten.  Even verderop spreidden we ons picknickdekentje uit en namen we even rust om wat te eten.  Dat deed Lotte duidelijk deugd, want daarna was ze niet meer te stoppen.  Ongeveer 2.5km stapte, liep, slenterde ze zelf, gaande gehouden met vers geplukte bosbessen (met een paarse mond en paarse handen tot gevolg).


We waren trouwens nog niet lang terug op pad of we werden al verblijd met de verschijning van een klein dozijn taïgagaaien.  Wat een tamme en nieuwsgierige beestjes!  Even later was er van hen geen spoor meer, dus het was echt een gelukstreffer geweest!


Op sommige plaatsen zou "zompig" een verbloeming van de feiten geweest zijn.  Balancerend op takken en plukken mos en gras, die als eilandjes op het natte pad fungeerden, met Lotte op de arm, probeerden we zo snel mogelijk vooruit te komen, om toch maar nergens te blijven steken of te diep weg te zakken.  Dat lukte niet altijd even goed, maar het schaterlachen werd er niet minder op (en dat hielp natuurlijk ook niet).


Ik zocht takjes bleek, verweerd hout bijeen voor een knutselwerkje, Lotte bestudeerde alle paddenstoelen die ze kon vinden,...


Uiteindelijk vroeg ze zelf om weer bij mama in de rugzak te mogen en terwijl zij lag/hing te slapen, konden we goed vaart maken.  En net toen we dachten dat we er geen meer zouden zien, kregen we twee rendieren in het vizier (mama met kalfje).  Toen we er bijna waren (en Lotte intussen alweer vrolijk wakker was geworden), zagen we er nog drie het pad over stormen.  Toch wel heel bijzondere dieren!


Even na 16u stonden we weer bij het vertrekpunt.  We gooiden onze spullen in de auto, wisselden schoenen en gingen dan lekker schommelen met Lotte (want dat hadden we vanmorgen beloofd).


We kochten snel nog een brood en vulden in onze hut onze energie weer aan.  Lotte had nog zin in een avondwandeling voor ze ging slapen.  Dat zouden we thuis misschien ook eens af en toe moeten doen...  Wim had ook al gezellig het haardvuur aangemaakt.


Reacties

Populaire posts van deze blog

Het einde van de wereld

Regendag